Vandaag was een heel warme dag. Toch ben ik halverwege de middag naar mijn vaste plekje bij de zeearenden gefietst. Goed ingesmeerd met zonnebrand en veel water mee. Dat laatste vergeet ik soms…
Het was niet voor niets. 1 van de arenden zat alweer in zijn vaste boom. Ik kon zien dat hij het ook warm had. Hij zat te hijgen met zijn snavel een stuk open. Dat doet hij om via zijn tong vocht te verdampen en op die manier blijft hij koel.
Er kwam een ambulance langs en de zeearend vloog weg, dieper het bos in. Ik was bang dat er niet meer iets ging gebeuren en wilde eigenlijk weer teruggaan naar de camping, maar daar zag ik hem weer. Hij kwam uit het bos gevlogen en landde in de top van een boom.
3,5 uur bleef ik wachten, hopen dat hij zou gaan vliegen richting het meer achter mij. Water op, nek toch pijnlijk van de zon… de warmte was niet meer te houden. Helaas.
Ik wilde bijna weer teruggaan naar de camping. Nog snel even op mijn telefoon kijken, want ik ben altijd benieuwd wat andere vogelaars gespot hebben. Opeens zie ik in mijn ooghoek de zeearend vanuit de boom naar beneden duiken. Heel snel de camera erbij gepakt en toen kwam hij super laag en langzaam overvliegen. Zo gaaf! Vervolgens verdween hij achter een eiland.
Een paar dagen later was ik daar weer. Geen arend te bekennen. Beetje heen en weer gefietst en geduldig afgewacht. Ja hoor, in een dode boom zag ik een jonge zeearend zitten en niet veel later kwamen vader en moeder met veel kabaal aangevlogen. Ze hadden een lekkere maaltijd meegenomen: eend. Eet smakelijk!
Het verveeld nooit om foto’s te maken van zo’n prachtige vogel. Ik ben heel blij met het resultaat, maar het kan altijd nog beter. Dus… ik kan niet wachten om er weer naartoe te gaan.